In het centrum van Workum, op de Merk, werkt Petra een aantal dagen van de week. Bij goed weer zie je haar altijd door de boog naast het Pottebakkershûs buiten staan. Met eindeloos geduld staat ze te vijlen en te schuren aan een stuk natuursteen. Na een aantal weken komt er inderdaad een beeld tevoorschijn. Ze doet dit zo al een jaar of tien. ‘Nee hoor’, zegt ze, ‘dit is geen hobby, dit is mijn werk!’
‘Petra, toen ik je vroeg ‘welk beeld wil je centraal stellen in ons gesprek’, hoefde je niet na te denken. Je reactie was: ‘O dat weet ik wel, dat wordt het beeld ‘Close’.
Terwijl ze dit zegt neemt Petra me mee naar het beeld. Het staat voor een raam op een draaibare sokkel. Als die inderdaad draait kan ik met het mooie licht dat door het raam valt, alle kanten van het beeld goed in me opnemen. Af en toe schijnt de zon en dan lijkt het alsof je er een beetje door heen kijkt.
Wat ik zie zijn twee figuren die elkaar een knuffel geven. Dat is trouwens alleen maar af te leiden van de bovenste zeven centimeter (het totale beeld is ongeveer 45 cm hoog). De rest van het beeld is niet verder uitgewerkt. Wel is het prachtig gepolijst, de donkere en lichte nuances van het albast geven het beeld de verstilling die hoort bij dit moment van de twee mensen.
‘Hoe reageren mensen op dit beeld?’ vraag ik aan Petra. ‘Ja, daarom koos ik dit beeld, ik wil je daar graag wat over vertellen. Want het valt me steeds weer op dat wanneer men dit beeld ziet, de reactie meestal iets anders is dan een oppervlakkig mooi of niet mooi. Ik maakte mee dat iemand een hele poos stilletjes stond te kijken, ze stond met de rug naar me toe en toen ze zich omdraaide zag ik de tranen in haar ogen. Een andere reactie kwam van een ouder echtpaar die ik tegen elkaar hoorde zeggen: dit zijn wij nu, in ons vorig huwelijk hebben we dit niet gehad.’
Petra filosofeerde daar wat op door, ze zei: ‘Eerst verrasten de reacties mij, ik vroeg me af waardoor dit beeld die gevoelsreacties oproept. Nu denk ik dat het komt omdat hier iets wordt uitgedrukt waar in feite alle mensen behoefte aan hebben. Wat mij zelf betreft voeg ik eraan toe: Mensen, kijk naar wat je hebt, koester het en geef het door aan je kinderen!’
‘Ja, en dan te bedenken dat dit eerst gewoon een stuk steen was. Een leek zou niet zien dat het albast was. Toen je er mee aan het werk ging, wist je toen al wat het zou worden?’ ‘Nee, dat weet ik nooit. Het begin is volkomen intuïtief: ik pak een stuk steen en begin eraan te werken. Door de vorm van de steen weet ik wel al vrij snel wat de boven- en onderkant zal zijn. En dan zie ik opeens iets, een bepaalde vorm. Zo’n ontdekking is altijd een heel mooi moment. In het geval van dit beeld zag ik als eerste een schouder, de schouder van een man. Toen wist ik dat ik daarmee verder moest gaan en daarna ontstond ook nog de vrouwenfiguur. Zo groeiden het beeld en ik samen verder.
Als ik terugkijk op mijn leven dan ben ik heel blij dat ik op een gegeven moment dit maken van beelden heb ontdekt. Toen de kinderen op de basisschool zaten heb ik bij mezelf gemerkt dat ik het werken met de handen heel plezierig vond. Ik gaf samen met andere moeders een uurtje handenarbeid op school. Op een gegeven moment kreeg ik meer vrije tijd en daarom ben ik toen schilderlessen gaan nemen. Later kwamen daar lessen in beeldhouwen bij. Toen we in Workum kwamen wonen heb ik de opleiding in het maken van beelden afgerond bij het beeldhouwcentrum van Herma Bovenkerk in Koudum. Daar werd het me meer en meer duidelijk dat dit werk bij me paste. Cees, mijn man, heeft me hierbij altijd enorm gestimuleerd. Ik kom uit een gezin waar hard werd gewerkt, maar niet op kunstzinnig gebied. Achteraf ervaar ik het als een bijzonder cadeau dat ik deze eigenschap in mezelf heb gevonden. Ik bedoel daarmee niet alleen dat ik het werken met de handen prettig vind, maar ook dat ik houd van mooie vormen, dat ik die kan weergeven en dat anderen daar blij van worden.
‘Hoe vonden je kinderen het dat je toen zij het huis uit waren, deze weg bent ingeslagen?’ Mijn kinderen verbaasden zich, dit hadden ze niet gedacht, maar ze zijn trots op me en stimuleren me door regelmatig te vragen waarmee ik op dat moment bezig ben.
Voor mijn kleinkinderen is het volkomen vanzelfsprekend dat oma beelden maakt, ze weten niet anders.
Datzelfde geldt voor ons als Workumers, het beelden maken hoort bij Petra en we blijven graag zien hoe ze aan het werk is daar op haar vertrouwde plek aan de Merk.