Een kunstzinnige kennismaking met het werk van Henk Ravenhorst

Een kunstzinnige kennismaking met het werk van



Henk Ravenhorst

Workumer krant Friso

dinsdag 12 oktober 2021

‘Het is niet goed om een dag te beginnen zonder koffie’, zegt Henk als ik bij hem binnenkom. Daarom krijg ik eerst een voortreffelijke cappuccino. Terwijl hij zich daarna ook zelf voorziet van zo’n cappuccino begint het gesprek als vanzelf. ‘Ja dat schilderij heb ik gekozen omdat het veel zegt over mijn werk, maar meer nog over de periode waarin ik het schilderde.’

‘Laten we daar dan maar mee beginnen’ zeg ik, ‘schets die achtergrond maar in een paar lijnen.’ ‘Oké’, is de reactie van Henk en hij vervolgt: ‘Je kunt het je van mij nu waarschijnlijk niet voorstellen, maar ik liep altijd in pak, met stropdas. Dat hoorde bij mijn werk als accountmanager bij een bedrijf in pensioenverzekeringen. Toen kwamen er reorganisaties, bij een eerste ronde werd ik gespaard, maar bij de tweede ronde in 2014 werd ik boventallig. Plotseling zit je thuis en je spreekt maar enkele mensen terwijl je gewend was elke dag van het ene naar het andere overleg te gaan. En in diezelfde tijd kreeg ik ook nog problemen met mijn gezondheid.’

Er viel een stilte, ik dacht me dit even in en toen was mijn voor de hand liggende reactie: ‘Zo, dat was in korte tijd wel heel veel narigheid. Hoe heb je jezelf weten te herpakken?’
‘De ‘redding’ uit die mistroostigheid, kwam door een aansporing van mijn vrouw. Ans zei: ‘Ga nu eindelijk doen wat bij je past, volg je hart. Vroeger tekende je toch zo graag?’
Dat was de eyeopener die ik nodig had. Ik heb me opgegeven voor een cursus schilderen bij de graficus/kunstschilder Nico van der Wolk in Kortenhoef, daar woonden we. En vanaf dat moment schilder ik. Niet met penseel, dat lag me niet en daarom gaf Nico me een paletmes. Dat bleek een schot in de roos, ik kon me daarmee uiten op de manier die bij me past.
Toen ik een aantal schilderijen had gemaakt organiseerde ik een kleine expositie voor vrienden, bekenden en belangstellenden. Ik deed dat alleen maar door zo een antwoord te kunnen geven op hun vraag naar hoe ik mijn tijd besteedde. Tot mijn grote verrassing werden daar meteen enkele schilderijen verkocht. Dat was een mooie oppepper, het gaf me het gevoel dat ik de goede weg was ingeslagen.’

‘Een bijzondere voorgeschiedenis, er zullen niet veel kunstenaars zijn die kunnen zeggen dat ze na zo’n korte studietijd zo’n mooie respons op hun werk kregen. Dat maakt me nieuwsgierig naar jouw gekozen schilderij, uit welke tijd is dat? Je zei dat het veel zegt over de periode waarin je het schilderde.’ Henk aarzelt een moment en zegt dan bijna verontschuldigend: ‘Het klopt niet helemaal want het lijkt alsof de boot over je heen zal gaan, maar het is het laatste schilderij dat ik maakte in Kortenhoef. De zeiler heeft de spinaker bijgezet omdat hij de wind achter heeft en daar zo optimaal gebruik van kan maken. Hij gaat met volle kracht vooruit. Met dat gevoel zijn we naar Workum gegaan.’

‘Je vertelde me dat je begin 2019 hier in de Begine bent komen wonen en werken. Je koos voor deze plek in het centrum.’ Voordat ik verder kan gaan reageert Henk: ‘Als je wilt vragen of het ons bevalt, kan ik meteen zeggen dat dit een goede keus was. Het huis is goed, in de Begine is het gezellig wonen en als ik de deur open heb laten veel van de voorbijgangers zich wel verleiden om even een kijkje te nemen.’
Op het moment dat hij dit zegt kan ik het niet laten hem te onderbreken met de opmerking: ‘Dat zal ook te maken hebben met jouw manier van schilderen en je kleurgebruik. Als je langs loopt wordt je aandacht als vanzelf getrokken naar wat je in de etalage hebt staan. Het effect van een paletmes op het doek is anders dan dat van een penseel. Daarbij heb je een uitgesproken vormen- en kleurentaal die de kijker verrast en hem of haar bijna onmiddellijk bij de vraag brengt: ‘Vind ik dit mooi?’
Deze woorden brengen Henk er toe om te vertellen over een bezoeker die zijn schilderijen uitgebreid bekeek en toen tegen hem zei: ‘Er zijn niet veel authentieke mensen op de wereld, maar u bent er één.’ Het is natuurlijk heel mooi dat iemand zo naar je werk kijkt en daarin je persoonlijkheid ziet.’
En hij voegt er een beetje nadenkend aan toe dat dit voor hem niet betekent dat hij niet meer op zoek zou zijn naar het verbeteren van zijn werk. ‘Integendeel’, zegt hij, ‘ik wil met minder lijnen hetzelfde leren zeggen. Op die gedachte kwam ik toen ik een roestige boot op een strand in Bretagne schilderde. Die boot heb ik diverse keren geschilderd, hij werd steeds sprekender, de vergankelijkheid dwong me tot soberheid. Vandaar dat ik me oefen in de kunst van het weglaten.
Wil je nog een koffie?