Op de Aldewei hoorde ik van Henk op welke manier het schilderen voor hem van grote betekenis werd. Hij vertelde dat hij vanwege zijn gezondheid op een veel te vroeg moment met zijn werk moest stoppen. Dat was toen hij 48 jaar was. Hij kreeg toen als Sinterklaascadeau een verfdoos. Als je het zo hoort lijkt het onbetekenend, maar het tegendeel was waar. Voor hem begon daarmee een zinvolle invulling van zijn leven.
In zijn opleiding voor leraar bouwkunde in het technisch onderwijs had hij gemerkt dat hij graag tekende en dat dit hem ook goed afging. En als leraar aan een technische school, zowel in Den Haag als in Apeldoorn, ervoer hij ook dat het begeleiden bij het tekenen een sterke kant van hem was. “Ja toen ik die doos kreeg moest ik daar natuurlijk wat mee. Toen werd me duidelijk dat ik veel plezier beleefde aan aquarelleren. Dit was voor mij het begin van een ‘nieuwe’ opleiding. Ik ging lessen volgen bij diverse kunstenaars om de techniek beter te leren beheersen en om me te oefenen in het kleurgebruik. Uiteindelijk ben ik ook naar kunstacademie Minerva in Groningen gegaan. Ik heb daar met name veel geleerd van de kunstgeschiedenis. Het bekijken van oude en moderne schilderijen dwong mij om me te verdiepen in de opbouw van een schilderij en in de gebruikte kleuren. En in die dingen oefen ik me nog steeds. Ik schilder elke dag.”
“Meen je dat, zit je elke dag te schilderen?” Henk reageert: “Ja zeker want ik wil blijven leren.” “In deze tijd van het jaar doe je dat natuurlijk binnen, maar als het beter weer is schilder je dan ook buiten?” “Dat doe ik heel graag zelfs. Om een voorbeeld te geven: in de voorbije jaren ben ik van tijd tot tijd met de caravan een paar weken op de Hoge Veluwe geweest. Ik maak dan elke dag één of meer aquarellen, steeds weer op een andere plek. Het mooie van deze manier van werken is dat je niet zoveel hoeft mee te sjouwen. Je neemt verf, papier en een flesje water mee en je kunt aan het werk. Je moet snel werken natuurlijk en verbeteren is ook nauwelijks mogelijk, maar ik heb dan wel een eigen gevoelservaring bij die plek. Dat zou ik bij een foto minder hebben. Als ik dan weer thuis ben kan ik voor het maken van een schilderij in olieverf, kiezen uit een mooi voorraadje afbeeldingen. Dat is een heel andere manier van werken en kost ook heel wat meer tijd.”
“Ik ben even nieuwsgierig: Hoeveel tijd besteed je aan een olieverfschilderij van gemiddelde grootte?” “Dat is zeker wel veertig tot vijftig uur.” “Als ik bedenk hoeveel jaar je dit al doet en als ik dat vermenigvuldig met elke dag een aantal uren schilderen, dan denk ik dat je heel wat schilderijen hebt gemaakt.” Henk kijkt me aan, vermoedelijk voelt hij wel aan dat ik wil vragen waar al die schilderijen daarna terecht komen. Hij reageert met: “Ik heb meegedaan aan verschillende kunstmarkten en verkocht dan ook best wel wat. Een aquarel verkopen vond ik minder erg, maar ik kan niet zo goed afstand doen van een schilderij waar ik met veel aandacht aan heb gewerkt. Daarom doe ik dat niet meer. Een schilderij in opdracht maken vind ik altijd nog wel een uitdaging, vooral als het een portret betreft.”
Op dit moment neemt hij mij mee naar een ander deel van de kamer waar een groot schilderij hangt van twee jongetjes aan het strand. Ze kijken naar hun voeten waar het water om heen spoelt. “Ja dit herken ik, dit schilderij hing afgelopen zomer op de expositie hier in de kerk. Ik meen dat het twee kleinkinderen zijn.” “Nee het zijn twee zoons van ons. Ik ben nog altijd blij dat ik dit moment van hun nieuwsgierige aandacht zó heb kunnen schilderen.”
“Ik wil het ook graag nog even hebben over de schildercursussen die je hier elk jaar geeft in de Klameare. Je doet dit al jaren, er is dus goede belangstelling voor. Dat betekent vermoedelijk dat de cursisten jouw manier van werken waarderen.”
“Hoe ze het vinden moeten ze zelf maar vertellen, maar ik doe het met veel plezier. Vijftien jaar geleden ben ik daarmee begonnen. Een groep bestaat uit niet meer dan twaalf mensen, dan kan ik voldoende aandacht geven aan iedere deelnemer. Het thema komt van mij, maar men mag daar vrij mee omgaan. Momenteel is het thema ‘de Jakobsladder’. Die naam is ontleend aan een Bijbelverhaal en wordt bijvoorbeeld gebruikt wanneer een plotselinge en sterke lichtstraal door donkere wolken breekt.” (Zie foto.)
Tijdens het gesprek had Henk gezegd dat een aantal van zijn schilderijen nu in de hal van Nij Mariënacker hangen. Op mijn terugweg ben ik daar naartoe gegaan. Met bewondering keek ik daar naar het schilderij van een mevrouw in Fries kostuum en ik voelde me thuis voelde in het zomerse licht op een weggetje in de Veluwse bossen.